Het is 1976. De Britse Tom Michell komt naar Argentinië om Engelse les te geven op een deftige, afgezonderde jongenskostschool in Buenos Aires. Tom is ongeïnteresseerd en weinig gemotiveerd. Wanneer de school noodgedwongen een week dicht gaat vanwege de dreigende militaire coup, is hij vooral blij met een onverwacht weekje vakantie. Op het strand van Uruguay vindt hij een aangespoelde pinguïn vol olievlekken. Samen met een eveneens net opgepikte dame maakt hij het beestje schoon in de badkuip van zijn hotel. Vervolgens vertrekt de dame, maar de pinguïn, aanvankelijk Peter en later Juan Salvador genaamd, blijft. Wat Tom ook probeert, het uiterst aandoenlijke beestje blijft hem trouw en waggelt de norse docent overal achterna. De leerlingen worden dol op het beest, daarna de schoonmaakster, vervolgens de schooldirecteur en tenslotte uiteraard ook Tom. Het zwart-witte beest doet Tom ontdooien en laat hem zich weer openstellen voor emoties van zichzelf en anderen.